Culturen verbinden met film en visuele identiteit

  • Brand Design

Visuele identiteit die subtiel opvalt en aanspreekt

In 2014 deed GRRR met Filmhuis Den Haag een uitgebreid strategietraject. In datzelfde jaar lanceerden we de nieuwe huisstijl en website. GRRR blijft als vaste partner voor merkstrategie, branding en digitale techniek betrokken bij Filmhuis Den Haag.

Afgelopen oktober ontwierp Grrr de vormgeving voor het succesvolle Festival Anatolië. Filmhuis Den Haag zocht een stijl die recht doet aan de diversiteit van Anatolië en waarin de thema’s van het festival en de films naar voren komen. Vandaar:  de saz, vrouwen, Turkse thee en de hoofdpersonen uit de klassieker Girl with the Red Scarf.

We creëerden een grafiek die is doorgevoerd in alle uitingen. Het doel was om alle aspecten van het festival op een neutrale manier te presenteren. Passend bij Anatolië, zonder een deel van de gemeenschap te vervreemden.

Na het succesvol verlopen festival ontvingen we een leuke bedankkaart van Filmhuis Den Haag. En ja, daar worden we best vrolijk van.

Gemeenschappen samenbrengen met cultuur

Filmhuis Den Haag is een podium voor eigentijdse filmkunst en klassiekers en is meer dan een filmtheater. De wil om mensen en culturen samen te brengen en bezoekers uit te dagen om zich in te leven in anderen. Film is daarvoor de meest doeltreffende en toegankelijke kunstvorm.

Oh oh Den Haag

De stad speelt een belangrijke rol in de programmering van Filmhuis Den Haag. De de thema’s die er leven en de groepen die sterk vertegenwoordigd zijn zie je dan ook terug in de programmering.

Festival Anatolië is hier een goed voorbeeld van. Filmhuis Den Haag werd zowel door de Turkse als Koerdische gemeenschap benaderd met de vraag om aandacht aan hun filmcultuur te besteden. Het is dapper van Filmhuis Den Haag dat het ondanks de spanningen in de regio deze handschoen opgepakt heeft.

Vernieuwende invulling

Het team van Filmhuis Den Haag is letterlijk de Schilderswijk en Transvaalbuurt ingegaan om te vragen welke films de gemeenschap in het Filmhuis wilde zien. Het vertrekpunt hierbij waren filmklassiekers uit Anatolie. Want dat is – ondanks de onderlinge verschillen – het gemeenschappelijk vertrekpunt voor beide groepen. Of je nou Koerd of Turk bent: iedereen houdt van dezelfde filmklassiekers.

Het festival is -mede dankzij jullie prachtige vormgeving- een groot succes geworden.
Josien Buijs, Hoofd Marketing en Communicatie, Filmhuis Den Haag

Festival Anatolië

Anatolië is de oude benaming voor (een groot deel van) Turkije. In Filmhuis Den Haag waren drie dagen lang elf films te zien, allemaal met een voor- of nagesprek, een talkshow, een openluchtfilm, een stille film met live muziek, een programma met korte films in Studio A, muziek en natuurlijk eten & drinken in de stijl van Anatolie.

Dit programma is ontwikkeld in samenwerking met Elif Rongen van EYE Filmmuseum. Bezoekers beleefden een reis door het Turkije van vóór Mustafa Kemal Atatürk en met hem de komst van de republiek in 1923. Tot die tijd was het Ottomaanse Rijk eeuwenlang een grote machthebber op het wereldtoneel. Beelden van 100 jaar geleden, zorgvuldig bewaard in verschillende filmarchieven in Europa, kwamen  tot leven. Maar belangrijker nog,  diverse groepen uit de Haagsche samenleving kwamen samen om te genieten van een gedeelde achtergrond en een gezamenlijke passie: de Anatolische (film)cultuur!

Geke Roelink: “Vele bezoekers, waarvan een groot aantal nog niet eerder een voet over de drempel van het Filmhuis hadden gezet, vertelden ongevraagd dat ze ontroerd waren of geïnspireerd door de films, gesprekken, ontmoetingen of sfeer. Precies hetgeen de bedoeling was. En Hagenaars van allerlei pluimage zaten ontspannen zij aan zij in de zaal. Natuurlijk werd er soms geëmotioneerd gedebatteerd, maar dat hoort er bij. Daarna zat iedereen weer gemoedelijk met een kopje Turkse thee of een biertje in het filmcafé.

Het lijkt er dan ook op dat we geslaagd zijn in ons streven om, ondanks de problemen in de regio, de cultuur uit Anatolië te vieren en verbindingen te leggen daar waar ze niet vanzelfsprekend zijn. Dat had niet gekund zonder uw bijdrage.”